Het was een week met treurig stemmend nieuws over de zorg. Woensdag onthulde Follow the Money, in samenwerking met Reporter Radio en het KRO-NCRV-programma Pointer, dat sommige zorgbedrijven torenhoge winsten behalen. Het gaat om winsten van 20% tot 35%, met een uitschieter tot boven de 60%. Dit terwijl een rendement van 2% tot 3% al van een goede prestatie getuigt. De journalisten konden hun onderzoeksresultaten niet onmiddellijk publiek maken. Eén van de zorgbedrijven had hen voor de rechter gedaagd in een poging de publicatie te verbieden. Gelukkig oordeelde de rechter dat het onderzoek steunde op voldoende onderbouwing. Hij wees de eis af.
De resultaten logen er niet om. Gedeclareerde uren die onmogelijk met het opgegeven personeelsbestand gerealiseerd kunnen zijn. Of zorg die niet verleend kan zijn omdat de betrokken cliënt in de periode van de geclaimde werkzaamheden in het buitenland op vakantie was.
Aan het eind van dezelfde week werd bekend dat het farmaceutisch bedrijf Essential Pharma de prijs van een medicijn tegen ernstige depressies en bipolaire stoornissen heeft verdrievoudigd. De prijsverhoging wordt niet veroorzaakt door nieuw onderzoek of een wijziging in de samenstelling van het middel, maar door het simpele feit dat Essential Pharma een monopoliepositie heeft en de prijs dus kan verdrievoudigen. Het bedrijf blijft daarbij precies binnen de grenzen van de wet. De nieuwe prijs, €15,78, is het maximum dat de Wet geneesmiddelenprijzen toestaat. Iets soortgelijks geldt voor de eerste casus.
Minister de Jonge (VWS) herkent de irritatie en de boosheid. Fraude kan naar zijn oordeel worden aangepakt, maar waar het gaat over winstuitkering met absurde marges of vormen van belangenverstrengeling (een zorginstelling geeft bijvoorbeeld opdrachten aan eigen bv’s) schiet de wetgeving tekort. Hij erkende dat dit ‘onbevredigend voelt’ en wil ook maatregelen treffen. Nog vóór de zomer ontvangt de Tweede Kamer een brief over hoe met winsten in de zorg moet worden omgegaan.
Deze brief heeft een lange voorgeschiedenis. Het huidige verbod op uitkeren van winst geldt alleen voor intramurale instellingen, zoals ziekenhuizen. Aanbieders van extramurale zorg (zorg waarbij je dus niet binnen de muren van een instelling verblijft, zoals huisartsen) vallen niet onder het verbod. Het onderscheid komt uit de periode waarin de Rijksoverheid nog verantwoordelijk was voor de kapitaallasten van zorginstellingen. Er waren geen kapitaalverschaffers die risico’s liepen en het uitkeren van winst was dus niet op zijn plaats. Inmiddels heeft de overheid zich teruggetrokken en zijn alle zorgaanbieders zelf verantwoordelijk voor hun vastgoed. Dat maakt het onderscheid achterhaald en onwenselijk. De vraag is dan natuurlijk: wordt het verbod op winstuitkering in de zorg voor alle zorgaanbieders opgeheven of gaat het verbod juist voor iedereen gelden?
De Tweede Kamer koos op 31 januari 2017 voor het laatst. Zij nam een motie aan van Mona Keijzer om winstuitkering in de zorg ook extramuraal te verbieden. Toenmalig minister Schippers liet de uitwerking van deze motie aan het volgende kabinet. Haar opvolgers (de ministers Bruins en de Jonge en staatssecretaris Blokhuis) stelden vervolgens een onderzoek in naar de (on)wenselijkheid van winstuitkering in de zorg. De resultaten van dit onderzoek zouden begin dit jaar aan de Tweede Kamer gestuurd worden. Helaas moest minister de Jonge de Kamer laten weten dat het onderzoek vertraagd was. Het zou vóór de zomer verschijnen. Dat is dus de brief waar de Jonge op doelt.
Inmiddels hebben de ontwikkelingen niet stilgestaan. In het najaar van 2017 onthulde het Financieel Dagblad dat zorgaanbieders op grote schaal gebruikmaken van bv’s om het verbod op winstuitkering te omzeilen. Daar zijn de misstanden die Follow the Money (FtM) cum suis hebben blootgelegd nu bovenop gekomen. En, zoals FtM zelf zegt: het einde is nog niet in zicht.
Het gaat hier om publiek geld dat in de verkeerde zakken verdwijnt. Hoeveel onderzoek heeft de minister nog nodig? Ik ben benieuwd naar de brief.