Tegen de huidige arbeidsmigratie valt niet op te bouwen, tegen de misstanden niet op te handhaven. Den Haag doet, als migratiestad bij uitstek, wat ze kan. De woningbouwproductie neemt steeds verder toe, het aandeel betaalbare woningbouw stijgt gestaag en Den Haag nam een ongekend aantal maatregelen om fatsoenlijk verhuurderschap af te dwingen. Maar nog lukt het niet de grip op de woningmarkt terug te krijgen.

Martijn Balster & Meike Bokhorst
Wethouder Volkshuisvesting, wijken en welzijn in de gemeente Den Haag respectievelijk redactielid S&D

Vijftien jaar geleden waren er nog nauwelijks Midden- en Oost-Europese arbeidsmigranten in Den Haag. Nu werken er naar schatting ruim 64.000. Dat is zo’n 1 op de 10 inwoners.[1] Voor woonruimte werd door werkgevers nauwelijks gezorgd. Migranten vinden een plek in de tot voor kort nauwelijks gereguleerde particuliere huursector. Ook het aandeel hoogopgeleide arbeidsmigranten (expats) en de toestroom van studiemigratie vergroot de woningnood.

Vooral in de oude wijken van Den Haag voelen bewoners de grenzen van wat de bestaande woningvoorraad aan kan. De sociale cohesie en leefbaarheid nemen sterk af door overvolle huizen en veel tijdelijke bewoners, die niet weten of ze over een halfjaar nog in de wijk wonen en die zich niet willen of kunnen binden. Verhuurders zetten huurders bij verlies van hun baan met huisraad en al op straat. Van het beeld van zwervende matrassen in de struiken kijkt niemand meer raar op.

In deze oude wijken gingen betaalbare koopwoningen de laatste jaren massaal naar beleggers om vervolgens omgekat te worden tot dure verhuur. Het werd lucratief een woning voor een zo hoog mogelijke prijs, aan zoveel mogelijk mensen te verhuren. Den Haag heeft een relatief grote particuliere huursector. Afgelopen jaren stegen de huurprijzen in deze sector het hardst waardoor woningen onder de sociale huurgrens daar steeds vaker ver boven uit kwamen. Een woning van 65 m2 gaat in een kwetsbare wijk soms voor € 2200 per maand in de verhuur.

Voor laagopgeleide arbeidsmigranten die urgent woonruimte zoeken en die geen woonrechten hebben opgebouwd is de particuliere verhuur de enige mogelijkheid van een dak boven hun hoofd. Het alternatief is een tentje in het bos. Huurders kunnen vanwege de hoge prijzen vaak niet anders dan die kosten delen. Dus nodigen zij meer mensen uit die ook een matrasje willen beslapen, soms zelfs in drie ploegendiensten per etmaal, om zo de huur op te kunnen brengen.

Schrijnende en ronduit gevaarlijke situaties van overbewoning zijn het gevolg. Heel wat speelpleintjes zijn verworden tot hangplek van arbeidsmigranten. Leefruimte in de woning zelf is er vaak niet, soms wordt er zelfs in ploegendienst geslapen. De voertaal op de pleintjes is Pools, Bulgaars of een andere Oost-Europese taal.

Aanpak van de woningnood gaat stroef

Inwoners maken zich terecht zorgen of hun kinderen nog wel een betaalbare woning kunnen vinden. De gemeente doet veel om de woningnood aan te pakken. Met een gerichte aanpak wordt de afgelopen jaren met succes gestuurd op de realisatie van betaalbare nieuwbouwwoningen.[2] Om te voorkomen dat woningen vooral aan huishoudens met hoge inkomens worden verhuurd, introduceerde de gemeente via een huisvestingsvergunning een eerlijk toewijzingsmechanisme. Met een verbod op toeristische verhuur langer dan dertig dagen wordt voorkomen dat woningen uit de woningvoorraad verdwijnen. Een verbod om goedkope woningen op te kopen om vervolgens heel duur door te verhuren, voorkomt speculatie en verdere prijsopdrijving.

De Wet Goed Verhuurderschap - die er na intensieve lobby van onder meer de gemeente Den Haag is gekomen - maakt het mogelijk niet alleen basisvereisten voor goed verhuurderschap af te dwingen, zoals een huurcontract, maar ook om te handhaven op sociale huurprijzen en veel sneller stevige boetes uit te delen. De Haagse Pandbrigade voert een intensief handhavingsbeleid, en dat werpt zijn vruchten af. De brigade gaat niet alleen op meldingen af, maar is er vooral op gericht om in probleemwijken misstanden en malafide partijen aan te pakken. Zo proberen we een neerwaartse spiraal van overbewoning, huurprijsstijging, speculatie en toenemende uitbuiting, te keren.

Maar ondanks al deze inspanningen is er veel meer nodig om de situatie onder controle te krijgen. Zodra het op het ‘verdelen’ van doelgroepen over gemeenten aan komt, lopen de regionale en ook lokale politieke discussies stroef. Den Haag en Rotterdam vragen al jaren aan gemeenten zoals het Westland om meer verantwoordelijkheid te nemen voor de huisvesting van de arbeidsmigranten die daar werkzaam zijn maar op de grote steden zijn aangewezen voor huisvesting.

Welke migratie past bij regionale economie?

Tegen het huidige aantal arbeidsmigranten valt niet op te bouwen en ook de woningen eerlijker verdelen kent een grens. We zullen ook moeten gaan nadenken over de inrichting van onze regionale economie. Welke regionale economische ontwikkeling willen we hebben en welke migratie past daarbij?

Laten we dat vraagstuk eens centraal stellen, in plaats van alle pijlen op de (veel minder omvangrijke) asielmigratie te richten. Migratie was het belangrijkste motief van mensen om bij de laatste verkiezingen op de PVV te stemmen. En die partij heeft het vooral over de asielmigranten die de Nederlandse gemeenten zouden overspoelen. Maar de afgelopen jaren ging gemiddeld zo’n 6% van de Haagse sociale huurvoorraad naar statushouders. Om het woningtekort tegen te gaan, is het reguleren van arbeidsmigratie in Den Haag een veel grotere opgave.[3]

Daarbij gaat het om de laaggeschoolde arbeidsmigratie in tuinbouw, distributiecentra, logistiek, slachterijen, maar ook om de midden- en hooggeschoolde arbeidsmigranten en studiemigranten. Het rodeloper-beleid om bepaalde type kansrijke ‘internationals’ hier naar toe te halen, en de vrije hand die aan ondernemers wordt gegeven die wel varen bij laagbetaalde wegwerpbanen, creëren nu mede de vraag naar een bepaald soort arbeid. Terwijl we het ook om kunnen draaien: welke arbeid past bij de regionale beroepsbevolking en hoe kunnen we arbeidsmigratie richten op de tekortberoepen waar we zelf niet in kunnen maar wel willen voorzien?

De Adviesraad Migratie en de Staatscommissie Demografische Ontwikkelingen 2050 hebben laten zien dat Nederland maar beperkte mogelijkheden heeft om op die aantallen asielmigranten te sturen en dat we beter kunnen inzetten op meer selectieve arbeidsmigratie.[4] Anders dan bij asielmigratie hebben de lokale publieke en private partijen in de arbeidsmarktregio daadwerkelijk invloed op het aantal en het type arbeidsmigranten dat hier verblijft. Er is de afgelopen decennia onvoldoende gewerkt aan een brede welvaartsvisie op de arbeidsmarkt. De vrije economische productie van werkgevers is leidend en daaraan zijn de belangen van bewoners en de arbeidsmigranten ondergeschikt gemaakt.

Reguleer de arbeids- en woningmarkt

Om inwoners van Den Haag beter te beschermen tegen de sociale gevolgen van ongereguleerde arbeidsmigratie zijn extra maatregelen nodig. Landelijk zal rigoureus bijgestuurd moeten worden, willen we een stad als Den Haag leefbaar houden.

Het zou ontzettend helpen als bedrijven alleen kunnen uitbreiden en zich alleen in deze regio kunnen vestigen als zij tevens verantwoordelijkheid dragen voor de huisvesting van de arbeidskrachten die zij van buiten Nederland halen. Werkgevers die geen sluitende afspraken hierover met de gemeente maken, zouden geweerd moeten worden.

Gemeenten moeten meer middelen krijgen om te sturen op een maximum aandeel tijdelijke inwoners in wijken waar de leefbaarheid sterk onder druk staat. Dit kan onder andere door de huisvesting primair te regelen in de gemeenten waar de arbeidsmigranten werken. Landelijke regels met betrekking tot huurprijsregulering, opkoopbescherming en verbod op tijdelijke verhuur zijn hard nodig om oneerlijke verdringing te voorkomen. Een woning met 15 matrassen levert nu veel meer op dan het huisvesten van een gezin met een middeninkomen.

Er is daarnaast weinig duurzame toekomst voor sectoren die voor meer dan 50% draaien op goedkope arbeidskrachten, zoals planten, bollen en bloemen of groenten voor de export. Dergelijke economische activiteiten kunnen werkgevers beter elders ontplooien, dichtbij de beschikbare werknemers.

Dat betekent dat we actief beleid moeten voeren om kassen en distributiecentra ofwel elders in Nederland te vestigen ofwel in de buurt van de arbeidskrachten die men wil benutten (in Polen of Bulgarije). De arbeidsinspectie zou instrumentarium moeten krijgen om bedrijven te sluiten bij het ontbreken van basisvoorwaarden voor arbeid en huur.

Regulering voor expats

Naast naar schatting 64.000 arbeidsmigranten werken er in onze regio ook zo’n 20.000 kenniswerkers die onder meer werken voor internationale organisaties in de stad van vrede en recht. Ook zij zorgen voor druk op de woningmarkt, doordat woningen in bepaalde delen van de stad onbetaalbaar worden. In totaal waren er in 2020 in Den Haag naar schatting van Decisio zo'n 147.765 internationals woonachtig (21.645 kenniswerkers, 35.725 arbeidsmigranten, 10.010 studenten, 7.495 statushouders, 29.770 inkomensafhankelijke partners en 43.120 kinderen).

Koopwoningen in dure wijken gaan steeds vaker naar kapitaalkrachtiger expats of naar verhuurders die bij voorkeur gestoffeerd en met korte contracten verhuren aan internationale medewerkers. In de rijke delen van de stad wordt inmiddels meer Engels en Frans gesproken dan Nederlands.

Hoogopgeleide arbeidsmigranten versterken de economie en passen bij het internationale profiel van de stad Den Haag, maar ook voor deze arbeidsmigranten is meer regulering nodig. Internationale werkers zijn soms grote delen van het jaar elders. Hun woning staat dan leeg. Ook het grote aandeel expats zet de sociale samenhang onder druk. Door gunstige belastingregels betalen ze weinig belasting en door de hoge mobiliteit loont het vaak niet de moeite om de taal te leren spreken. Op de markt van tijdelijke gestoffeerde woningen en shortstay-voorzieningen komt de reguliere, Haagse woningzoekende er niet tussen.

Het voorkomen van toeristische verhuur en shortstay, het voorkomen van leegstand bijvoorbeeld door deze te belasten, en huurprijsregulering kunnen hierbij helpen. Radicaler vormen van woningtoewijzing – ook in de private sector – kunnen ervoor zorgen dat er geen verdringing op koopkracht plaatsvindt.

Reguleer ook de studiemigratie

De laatste jaren komen er ook steeds meer internationale studenten naar Den Haag, als gevolg van bewust beleid van kennissteden en hoger onderwijsinstellingen. Er is een levendige huisvestingsmarkt van zelfstandige studio’s ontstaan voor kapitaalkrachtiger studenten, die de bouwopgave is gaan bepalen in het stedelijke centrum. Het verdringt de eigen student, die geen kamer kan vinden. Studentenhuisvesting verdringt ook sociale huur, aangezien studenten daar ook aanspraak op mogen maken.

Om het aanbod voor studentenhuisvesting te reguleren, zijn afspraken nodig met de universiteiten. Geen internationale student, als daar geen huisvesting voor is (geen kamer, blijft thuis!). Stel maxima voor het aantal internationale studenten dat we naar Nederland willen halen. Den Haag kan meer ruimte bieden voor kamerbewoning in betere buurten. Daarbij zou het helpen als er huurtoeslag op onzelfstandige woonruimte mogelijk wordt gemaakt.

Stop de verdringing op de woningmarkt

Voor Den Haag geldt dat er zonder arbeidsmigratie geen woningcrisis zou zijn. De woningnood wordt voor een groot deel veroorzaakt door het feit dat arbeid zo goedkoop is en werkgevers geen verantwoordelijkheid hoeven te nemen voor de huisvesting van de arbeidskrachten die zij uit het buitenland halen.

In de landelijke politiek zal de discussie over de verdeling van de woningvoorraad ongetwijfeld weer gevoerd worden de komende tijd. En het zal dan ongetwijfeld weer gaan over mensen op de vlucht. Laten we ons niet langer in dit frame laten duwen en het echte probleem adresseren.

De vrije arbeidsmarkt biedt nu allerlei fiscale voordelen voor expats en bedrijven die afhankelijk zijn van goedkope arbeid. Het verdienmodel van grote onderwijsinstellingen aan internationale studenten is gekoppeld geraakt aan de verhuur van zelfstandige woonunits voor studenten. Het vestigingsklimaat voor bedrijven drijft op goedkope arbeid.

De mensonterende problemen die dit veroorzaakt, moeten we bij de wortel aanpakken. Symptoombestrijding is niet genoeg. We kunnen het niet langer accepteren dat bedrijven grote winsten maken ten koste van de leefbaarheid van een stad als Den Haag. Het is niet uit te leggen dat de winsten van enkele grote ondernemers een ongekende woningnood veroorzaken voor de vele woningzoekenden die op zoek zijn naar een plekje in hun eigen stad.

Noten

[1] NOS (13 oktober 2023). In Den Haag is 1 op 10 arbeidsmigrant, gemeente snakt naar nieuwe uitzendregels.
[2] Zie ook BNN/VARA (1 maart 2023). Het Haags Mirakel bracht de volkshuisvesting terug in de stad.
[3] Koen Haegens en Irene van der Linde (24 januari 2024). Voorbij de xenofobe oneliners. De Groene Amsterdammer.
[4] Adviesraad Migratie (2023). Adviesrapport ‘Realisme rond richtgetallen - Kansen en risico’s van streefcijfers en quota in het migratiebeleid’; Adviesraad Migratie (2023). Verkenning: Arbeidsmigratie: Oplossing voor economie en demografie?'; Staatscommissie Demografische Ontwikkelingen 2025 (2024). Rapport Staatscommissie Demografische Ontwikkelingen 2050.

Dossiers

Voor een thematisch overzicht van al onze artikelen en publicaties, zie onze dossiers

Steun de Wiardi Beckman Stichting

Veel van onze onderzoeksprojecten en publieke bijeenkomsten zijn mogelijk gemaakt door giften van donateurs. Ook S&D zouden wij niet kunnen maken zonder donaties.