Mensen die voortdurend in een survival-modus leven, kunnen makkelijker worden gemanipuleerd door retoriek die op emoties speelt. Journalist Stavros Malichudis waarschuwde voor zulke manipulatie toen Nieuwe Democratie in 2019 aan de macht kwam in het door de financiële crisis zwaar geraakte Griekenland. De conservatieve regering stelde toen dat migratie het grootste maatschappelijke probleem van Griekenland was. De term ‘illegale immigrant’ keerde terug in het politieke debat en de media. Anti-immigranten-retoriek vertaalde zich vervolgens naar inhumaan beleid: het normaliseren van pushbacks en een langdurige opsluiting van asielzoekers in detentiecentra.
Ook in Nederland is de term ‘illegale immigrant’ nu weer opgedoken. Dit terwijl mensen helemaal niet illegaal kunnen zijn (hun daden wel). Sommige politici gebruiken ‘illegaal’ als zelfstandig naamwoord. Zo worden mensen gecriminaliseerd en ontmenselijkt want gereduceerd tot de kleine overtreding van ongedocumenteerd in een land verblijven. Deze vorm van ontmenselijking rechtvaardigt vervolgens inhumane behandeling: opsluiting in detentiecentra of ontzegging van bad en brood.
Het nieuwe Nederlandse kabinet heeft een ‘asielcrisis’ uitgeroepen. Dat er helemaal geen asielcrisis is – zoals blijkt uit statistieken – bereikt het grote publiek niet. Hetzelfde geldt voor Duitsland: recente cijfers laten zien dat het aantal asielaanvragen daar dit jaar juist afneemt. Toch dringen de Alternative für Deutschland en de conservatieve CDU aan op een repressief migratiebeleid. Electoraal loont dat. Sinds 16 september voert Duitsland grenscontroles aan alle negen landgrenzen.
Grenscontroles zouden irreguliere migratie moeten tegenhouden en landen ‘controle over hun grenzen teruggeven’. Irreguliere migratie naar Europa is echter een marginaal verschijnsel, blijkt uit Eurostat-gegevens uit 2022. Dat 42% van mensen naar de EU komt voor werk en slechts 11% internationale bescherming aanvraagt hoor je niet. Het zijn vluchtelingen, asielzoekers en migranten die het land op een irreguliere manier bereiken die de migratiedebatten domineren. De schrijnende situatie van arbeidsmigranten - die gewoon buitenlandse werknemers kunnen worden genoemd – blijft ondertussen onderbelicht.
Wat kunnen politici doen om het narratief rond migratie te doen draaien? Het heeft geen zin harder te gaan schreeuwen dan de populisten, wijzen analyses uit. Rob McNeil, onderzoeker en adviseur gespecialiseerd in migratie in de media bij de Universiteit van Oxford raadt juist aan om minder lawaai te maken en zorgvuldig te kiezen aan welke debatten men deelneemt. Te veel ‘lawaai’ rond het thema voedt alleen de publieke perceptie van migratie als een ‘crisis’.
Om een constructief migratiedebat te voeren zijn daarnaast taalprecisie- en neutraliteit noodzakelijk. Zo is het niet alleen onjuist maar ook schadelijk om asielzoekers en vluchtelingen migranten te noemen, stelt UNHCR. Het leidt tot een afname van de publieke steun voor mensen die hun land ontvluchten omdat hun leven en veiligheid in het gedrang zijn. Politici die asielzoekers ook nog eens ‘gelukzoekers’ noemen ontkennen dat laatste. Zo raken de rechten van asielzoekers en vluchtelingen op een veilig bestaan buiten beeld.