Door: Klara Boonstra
Directeur Wiardi Beckman Stichting

Een van de electorale mysteries van nu is dat links in de stembusstrijd de wind maar niet in de zeilen krijgt. Terwijl het veel eerder en scherper dan rechts de politieke urgentie heeft onderkend van de grote vraagstukken van deze tijd: de klimaatcrisis, de toenemende ongelijkheid, de scherper wordende sociale tegenstellingen, de segregatie in de steden, de ontspoorde marktwerking in de publieke voorzieningen.

In de hele westerse wereld zien we dat welvarende kiezers progressiever en liberaal stemmen, terwijl de oude arbeidersklasse juist naar rechts trekt of niet meer wil stemmen. In Engeland verkruimelt de Red Wall, in de VS is de Rust Belt republikeins geworden, het voormalig Oost-Duitsland is in handen van de AfD gevallen en in Nederland zien we Oost-Groningen en de Limburgse mijnstreek naar de PVV bewegen. Jonge mensen kiezen vaak zowel op rechts als links meer identitaire partijen.

Het lijkt alsof de electorale crisis van links tevens een geloofwaardigheidscrisis is. Mensen weten best wat er aan de hand is, ze ondervinden daar zelfs de gevolgen van, maar geloven niet dat de linkse partijen voor hen een oplossing kunnen bieden. En waarom zouden ze ook?

Paul Mason formuleert een interessante analyse over vertrouwen in linkse politiek (in antwoord op het artikel van Tony Blair dat in vertaling in dit nummer van S&D staat). Hij onderscheidt twee groepen die sociaal-democraten niet bereiken. Allereerst de afhakers, de oude achterban, die zag dat links het collectivistische bastion van de verzorgingsstaat niet heeft kunnen verdedigen. Waarom zouden zij nu nog denken dat ze in de toekomst bij pech wel mogen vertrouwen op de gemeenschap?

En daarnaast de jongeren, die niet aanhaken. Het lijkt haast onmogelijk om jongeren in solidariteit en herverdeling te laten geloven. Mason stelt dat het neoliberalisme de cultuur van collectieve strijd en verzet heeft vernietigd. Welke vijftig-minner weet nog dat onze sociale zekerheid in feite ontstaan is uit broodfondsen om collectief gedragen risico’s te ondervangen? Wat hebben jongeren aan die historische waarheid als zij in hun leven vooral te maken krijgen met flexcontracten en afwenteling van maatschappelijke risico’s op individuen? Jonge generaties hebben geleerd strijd te leveren aan de hand van hun individuele identiteit: hun gender, etniciteit of seksualiteit vormt een solide kern van verzet in het digitale tijdperk.

Het is vrij logisch dat deze twee groepen, de af-gehaakten en de nog niet aan-gehaakten, klimaatongelijkheid, segregatie en de ontmanteling van publieke voorzieningen ook als individuele problemen ervaren en dus simpelweg geen oog hebben voor collectieve oplossingen. Beide groepen hebben geleerd dat slagen of falen afhankelijk is van hun eigen gedrag. Ze herkennen het collectief simpelweg niet als oplossingsstrategie, omdat deze nergens in hun leefwereld meer zichtbaar of succesvol is.

Laten we die twee groepen, zoals Mason voorstelt, beschouwen als twee kanten van dezelfde medaille, in plaats van ze tegenover elkaar te plaatsen als uiteinden van het politieke spectrum die we niet goed kunnen bereiken. We moeten onze ideeën zo vormgeven dat we de angsten en verlangens van beide groepen met elkaar combineren. Dat kan door maatregelen voor duurzaamheid consequent te toetsen op rechtvaardigheid, door betaalbare en goede woningen voor jongeren én ouderen na te streven et cetera. De verschillende identiteiten en waarden hoeven elkaar niet in de weg te staan. De linkerkant van het politiek spectrum moet een plek zijn waar de oude arbeider en de woke jongere zich allebei thuis kunnen voelen, omdat ze gezamenlijk in solidariteit tegen ongelijkheid en voor gelijkwaardigheid willen strijden.

Auteur(s)

Dossiers

Voor een thematisch overzicht van al onze artikelen en publicaties, zie onze dossiers

Steun de Wiardi Beckman Stichting

Veel van onze onderzoeksprojecten en publieke bijeenkomsten zijn mogelijk gemaakt door giften van donateurs. Ook S&D zouden wij niet kunnen maken zonder donaties.