De overtuigd linkse Jeremy Corbyn leek als een duveltje uit een doosje te komen. Maar wie Labour een beetje kent, weet dat Labour altijd al een tamelijk radicale basis gehad heeft. Het is alleen nog maar de vraag of Corbyn ook het talent heeft om compromissen te sluiten.
Uit de boekenkast valt bij toeval een bundel op de grond, met interviews met kopstukken van New Labour uit 1996. Het boek heet Preparing for Power en het loont de moeite om het weer eens te lezen, omdat de onafhankelijke redacteuren van het op Labour georiënteerde weekblad New Statesman geen genoegen nemen met New Labour-speak van hun gesprekspartners. Ik las destijds aan de vooravond van de Lagerhuisverkiezingen de New Statesman met rode oortjes; er hing grote verandering in de lucht. Ook al werd het blad pas twee weken na verschijning per post bezorgd — je kreeg het gevoel dicht bij de discussies in Labour te staan. Elke keer kwam een lange geschiedenis van nederlagen en grote interne verdeeldheid voorbij. Bij nadere bestudering ziet men patronen die zich herhalen, steeds op een andere manier.