‘Het denken over grondeigendom is soms bijna Bijbels in ons land’

Noord-Brabant is berucht om de slechte kwaliteit van het water en de mate waarin boeren en natuurgebieden elkaar in de weg zitten. Toch lukt het het provinciebestuur om met een gericht beleid de kwaliteit van water en bodem centraal te stellen. Een gesprek met gedeputeerde Hagar Roijackers.

Hans Rodenburg en Arjan Reurink
Arjan Reurink is onderzoeker bij de Wiardi Beckman Stichting, Hans Rodenburg is projectleider bij het Wetenschappelijk Bureau GroenLinks

Rustig was het de afgelopen jaren niet in de politieke arena van de provincie Noord-Brabant. In geen andere provincie zitten natuur en landbouw elkaar zo sterk in de weg. Vanaf het moment dat de stikstofproblematiek ging spelen, is het hommeles. Het in 2019 gevormde college van VVD, CDA, D66, PvdA en GroenLinks viel binnen een jaar, nadat het CDA het stikstofbeleid niet meer steunde. Het volgende college van VVD, CDA en FvD viel vervolgens ook weer binnen een jaar. In 2021 werd de coalitie uit 2019 weer hersteld.

Na de verkiezingen van 2023 werd de BBB ook in Noord-Brabant de grootste partij, maar deze partij wilde zich niet committeren. Uiteindelijk vormden VVD, GroenLinks, Partij van de Arbeid, D66, SP en Lokaal Brabant het meest progressieve provinciebestuur van Nederland. Een gesprek met gedeputeerde Hagar Roijackers (GroenLinks) over haar portefeuille Natuur, Milieu en Brabants Programma Landelijk Gebied, en de manier waarop in Noord-Brabant de strijd om de grond gevoerd wordt.

Hagar Roijackers
Hagar Roijackers

Noord-Brabant heeft het meest progressieve provinciebestuur van Nederland, dat klinkt goed! Wat betekent dat voor het beleid?

Hagar Roijackers: ‘Het betekent helaas niet dat we een onversneden links beleid kunnen voeren. We hebben nog steeds een overwegend rechtse Staten, en ook het kabinet in wording belooft niet veel goeds, dus het blijft zoeken naar mogelijkheden ons programma gerealiseerd te krijgen.’

Wat zijn de grote politieke uitdagingen in Noord-Brabant en hoe speelt grond daarin een rol?

‘We zitten in een bijzondere situatie. Er is een Wet Stikstofreductie en Natuurverbetering die duidelijke doelen en verplichtingen bevat en er is een Nationaal Programma Landelijk Gebied om hier handen en voeten aan te geven. Daar was ook nog eens een aanzienlijk stikstoffonds aan verbonden van zo’n 24 miljard euro, die inmiddels grotendeels is geschrapt vanuit het Hoofdlijnenakkoord van PVV, BBB, VVD en NSC.

Onze opgave in Noord-Brabant is om de kwaliteit van het water en de bodem weer leidend te maken in het beleid. Tot nu toe waren de wensen van de vergunninghouders leidend en pasten we het grond- en het waterpeil daarop aan. Als iemand ergens een woonwijk wilde bouwen, maakten we de grond geschikt en pompten we het water weg. Of als iemand in februari zijn land op wilde met zware machines dan zorgden we dat het waterpeil omlaag ging.

Dat kan niet langer, want we zitten gewoon in een stuk van de wereld waar delen van het land te nat zijn en andere juist te droog. Noord-Brabant kent veel hoge zandgronden, die zijn vaak veel te droog. Als je dan ook nog eens extra gaat ontwateren ten behoeve van infrastructuur of landbouwgebruik dan ben je die verdroging nog verder in de hand aan het werken. Dat leidt tot onvruchtbaar en verdroogd land, wat ook nog eens de verzuring verder aanjaagt.

Het zou dom zijn niet eerst te kijken op wat voor grond je je eigenlijk bevindt voordat je met die grond aan de slag gaat. Water en bodem sturend laten zijn, betekent dat je goed kijkt naar wat het natuurlijke systeem is en wat waar het beste kan. Plekken die hoog liggen zijn geschikter voor bebouwing en wat minder geschikt voor landbouw. Het veenweidegebied, waar allerlei broeikasgassen uit komen, daar is vernatting misschien goed voor de overblijvende graslanden, maar niet voor intensieve veehouderij.

Deze aanpak realiseren valt niet mee. Je kunt een stad als Eindhoven niet zomaar uit het beekdal tillen. Het is zaak slim te kijken hoe je het huidige gebruik kunt verrijken met natuur en water, bijvoorbeeld door de aanleg van groene daken, groene corridors of groenblauwe linten door het landschap. Zo’n aanpak maakt ons bestendiger tegen hittestress, de gevolgen van klimaatverandering en het verlies van biodiversiteit. En het is beter voor de bodem en daarmee ook voor de vruchtbaarheid in de landbouw.’

Dit klinkt allemaal positief, is er ook een maar?

‘We moeten als provincies nu aan de slag met het Nationaal Programma Landelijk Gebied en de Wet Stikstof Reductie en Natuurverbetering. Maar het stikstoffonds dat hiervoor gebruikt zou worden is controversieel verklaard. Dat betekent dat we voor iedere euro naar de Tweede Kamer moeten. En die is natuurlijk indringend van samenstelling veranderd en er komt een nieuw kabinet aan.

De vraag is wat je dan nog kan doen als provincie. Zeker in een provincie als Noord-Brabant ga ik niet meteen allerlei beperkingen opleggen over hoe mensen hun grond mogen gebruiken. We hebben die ruimte vanuit het Rijk wel gekregen van het demissionaire kabinet, maar er zit een enorm politiek afbreukrisico in als wij als enige provincie voorop gaat lopen en er ook geen steun meer is vanuit het nieuwe kabinet. We zullen dus op een slimme manier naar meervoudig landgebruik toe moeten werken.’

Speelt de manier waarop we in Nederland denken over grondeigendom hierbij een rol?

‘Het denken over grondeigendom is soms bijna Bijbels in ons land. En niet alleen bij conservatieve boeren. Ook onze biologische boeren hebben hun grond vaak al decennia lang in de familie. Ik wil er ook echt respectvol over spreken. Juist vanuit een partij als GroenLinks zijn we scherp op de risico’s van een machtige staat.

Tegelijkertijd vind ik dat we in een land als Nederland anders naar onze grond en het gebruik van de ruimte moeten kijken. Hoe we onze grond nu gebruiken is ongezond. Het legt een zeer zware hypotheek op de generaties na ons. En het zijn natuurlijk niet alleen de boeren die grond doorgeven. Als samenleving als geheel geven we de grond door aan de generaties die na ons komen.’

Is er een andere optie dan sommig gebruik van grond gewoon te verbieden?

‘Er rust een groot taboe op het verbieden van activiteiten door de overheid, maar in het milieurecht is het verbieden van bepaalde activiteiten al veel langer gemeengoed. Daar zijn we al veel langer gewend om te eisen dat bijvoorbeeld de lucht schoon blijft. Dit kunnen we ook voor de grond meer gaan doen. De meeste winst is nu trouwens te halen uit het veel beter handhaven van de bestaande wetgeving. Ik denk dat we in dat opzicht momenteel nog geen vijf procent gebruiken van de bestuurlijke middelen die ons ter beschikking staan. Er bestaat ontzettend veel politieke en maatschappelijke schroom om te handhaven.’

Is dat voornamelijk schroom of ook onwetendheid?

‘Voor een deel is het onwetendheid. Als je kijkt naar de portefeuilleverdeling in de provincie dan zie je dat ruimtelijke ordening, grondzaken en geldzaken heel vaak in handen zijn van partijen als VVD, CDA en SGP. En dat is niet voor niks. Zij snappen heel goed dat dit de plekken zijn waar je de zaken kunt bepalen.

GroenLinks en PvdA hebben vooral op het gebied van grond en grondzaken, maar ook op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving, écht nog een been bij te trekken. Er is heel lang een rechts beleid gevoerd met rechtse bestuurders als het gaat over grond, ruimte, vergunningverlening, toezicht en handhaving.

Ik ben nu voortdurend aan het zoeken waar mijn politiek-bestuurlijke ruimte ligt voor het Brabants programma Landelijk Gebied. Dat betekent veel scherper kijken hoe ons recht in elkaar zit: het omgevingsrecht, het milieu- en natuurrecht, het eigendomsrecht, het ondernemingsrecht en het bestuursrecht. Al die zaken heb je nodig.

Stel dat ik rond een Natura2000-gebied – waarvan wij er in Noord-Brabant 21 hebben – een beperking opleg en bijvoorbeeld voorschrijf dat boeren er niet meer mogen bemesten, dan is dat direct een aansprakelijkheidskwestie. Alle bedrijven die geraakt worden trekken dan hun vergunning of toestemming tevoorschijn. Dan moeten we compensaties gaan geven aan al die mensen die jarenlang de ruimte kregen hun gang te gaan, maar die wel gewoon in hun recht staan. In feite kom ik er dus achter dat het Nederlandse omgevingsrecht heel rechts is vormgegeven.’

Waar blijkt dat nog meer uit?

‘Neem de Omgevingswet. Onder die nieuwe wet behoud je gewoon je oude vergunning tot in de oneindigheid, zonder beperkingen. Dat is ongelooflijk. Stel jij hebt ooit een vergunning gekregen om een waterpomp neer te zetten. Maar in de loop van de jaren is de landbouw veel intensiever geworden, heb je land bijgekocht en heb je dus ook een veel grotere pomp neergezet. Nou dat mag allemaal, omdat je ooit in het verleden toestemming hebt gekregen. Ons stelsel werkt enorm in het voordeel van vergunninghouders en grondeigenaren. En in het nadeel van de omgeving, maar ook in het nadeel van nieuwkomers met een beter plan.

Het zijn nu vooral enkele burgers of actiegroepen die opkomen voor de bescherming van onze natuur en onze leefomgeving. Zij dwingen via de rechter af dat er geen honderden pompen rond een Natura2000-gebied mogen staan dat al verdroogd is. Als overheid hier de eerste stap in zetten is lastig. Want elke beperking van het grondgebruik raakt direct honderden activiteiten, ook buiten het agrarische domein.’

Is het mogelijk een actievere grondpolitiek te voeren, bijvoorbeeld door als provincie grond op te kopen?

‘Voor GroenLinks-PvdA is een actieve grondpolitiek vanuit de overheid natuurlijk een belangrijke wens. Heel goed dat jullie ook met Rik Thijs hebben spreken, die hier als wethouder in de grote stad Eindhoven mee bezig is. In een wat conservatiever georiënteerde setting zoals onze Staten moet je als bestuurder nog meer zoeken naar politiek-bestuurlijke ruimte.

Voor agrarische gronden die in provinciaal bezit zijn kunnen we voorwaarden stellen aan het watergebruik of we kunnen die gronden bijvoorbeeld verpachten aan degene die in de plannen de meeste duurzaamheidspunten scoort. Op die laatste manier zijn wij nu bezig met de grond voor het Natuurnetwerk Noord-Brabant. Sommige stukken grond kunnen we nog niet direct inzetten voor de omvorming van natuur, dus die verpachten we voor natuurlijk gebruik. Geen gebruik van mest, geen bestrijdingsmiddelen en niet ontwateren betekent wel dat we 85% van de originele grondprijs moeten afwaarderen vanwege lagere rendementen voor de boeren.

En dan heb je ook nog eens te maken met de grondkamers - het bestuursorgaan dat alle pachtovereenkomsten toetst. Dat zijn conservatieve bolwerken die progressievere pachtvoorwaarden soms nog blokkeren. Het is ons gelukt om daar nu afspraken mee te maken en meer ruimte te krijgen. En als één pachtkamer overstag is gegaan op basis van goede argumenten dan moet dat in heel Nederland kunnen!

Je kunt verder ook kijken naar andere manieren om grond duurzaam te gebruiken. In de provincie Noord-Brabant zoeken bijvoorbeeld veel boerencoöperaties naar grond voor duurzame landbouw. Die moedigen wij natuurlijk aan.’

Hoe doe je dat precies?

‘Er zijn heel veel manieren waarop je boerencoöperatie kunt helpen. Met grond, subsidies, voorwaarden in de samenwerking of met een gegarandeerde afname, waarbij je als provincie zelf producten afneemt van die coöperaties. We helpen ook door actief mee te denken, reclame te maken of door bijvoorbeeld te helpen met het organiseren van fietstochten langs streekboerderijen.

Wat mij wel echt super is tegengevallen is dat er vanuit Europa zoveel kortzichtig verzet is tegen het verbeteren van het agrarisch verdienmodel. Want ik heb natuurlijk als provincie niet de portemonnee om langjarig de nieuwe generatie boeren in heel Brabant te helpen om geld te gaan verdienen met landschapsverbetering.’

Wat is je ideaal voor de inrichting van het Brabantse landschap?

‘Waar we denk ik heen moeten, is dat elk stuk grond meervoudig wordt gebruikt. Nu wordt veel grond maar op één manier gebruikt: hier is het landbouw, daar is een woonwijk en verderop is natuur. Bij meervoudig gebruik voeg je overal een mix van functies toe. Op een boerderij wordt dan bijvoorbeeld ook energie geproduceerd of opgeslagen, is er waterberging en is land beschikbaar voor het verbeteren van de biodiversiteit. Juist als je als boer agro-ecologisch wilt boeren, moet je ook die andere functies toevoegen. Anders kom je niet rond. Bestuurders moeten er dus ook soepel mee omgaan als een boer een paar ecologische vakantiehuisjes wil bij plaatsen. Daar deden wij als provincies vroeger heel moeilijk over. Ik doe dat niet meer.

Ik heb te maken met vier waterschappen in mijn provincie. Het zou fantastisch zijn als het lukt om in ieder geval het beleid van gemeenten, waterschappen en de provincie meer op elkaar af te stemmen in het belang van de agrarische transitie. Lastig is dat de gemeentelijke begrotingen de komende jaren nog verder onder druk komen te staan. Tegelijkertijd zijn er ook andere partijen die pachtgronden bezitten, denk aan het Rijksvastgoedbedrijf, ProRail, de kerken en dan heb je ook nog de banken en verzekeraars die gronden bezitten. Mijn ideaal is dat we een maatschappelijke alliantie vormen met al deze partijen, waarbij we inzetten op het verduurzamen van de pachtgronden, om het biodiversiteitsverlies te stoppen en ons klimaat te beschermen.’

Heb je adviezen voor politici elders in het land?

‘Ruimte bieden voor agrarische ontwikkeling, de energietransitie, voor verduurzaming en voor goed waterbeheer kan alleen als overheden met elkaar samenwerken. Als provincie, gemeente of waterschap kun je dat niet alleen. Vervolgens is het belangrijk te zoeken naar bondgenoten in de samenleving. Denk aan bedrijven, groepen agrarisch ondernemers en bewoners met goede ideeën. Ga samen zitten en kijk hoeveel grond iedereen kan inbrengen: eigen gronden, pachtgronden. Wat heb je met elkaar eigenlijk in de mix zitten? Overweeg bijvoorbeeld grondruil en maak afspraken over wie wat op welke plek mag doen qua activiteiten.

Zorg er ook voor dat alle subsidies in je gebied met elkaar synchroon lopen en elkaar niet tegenspreken. En er zijn misschien ook wel overbodige regels. Misschien doen wij soms wel te moeilijk over een leuke houtwal en kunnen wij daar af en toe iets relaxter in zijn. Dat schept ook ruimte.’

Dossiers

Voor een thematisch overzicht van al onze artikelen en publicaties, zie onze dossiers

Steun de Wiardi Beckman Stichting

Veel van onze onderzoeksprojecten en publieke bijeenkomsten zijn mogelijk gemaakt door giften van donateurs. Ook S&D zouden wij niet kunnen maken zonder donaties.

S&D bestaat sinds 1939 en verschijnt zes keer per jaar. Oude nummer kunt u doorzoeken via het register (1939-2023) of op thema. De redactie bestaat uit: Paul de Beer, Meike Bokhorst, Josette Daemen, Patricia Dinkela [eindredactie], Janneke Holman [eindredactie], Tim 'S Jongers, Ruud Koole, Marijke Linthorst, Annemarieke Nierop [hoofdredactie], Arjan Reurink, Vera Vrijmoeth en Bram van Welie.

S&D wordt uitgegeven door Van Gennep. Een los nummer kost € 17,50, en jaarabonnementen (vol tarief) € 84,50 (te bestellen via: info@vangennep-boeken.nl).

Een online abonnement kost € 2 per maand. U kunt zelf een account hiervoor aanmaken onder mijn S&D, of stuur een e-mail naar send@wbs.nl.

Oude nummers kunt u downloaden vanaf de website van het Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen. Voor een overzicht van auteurs per nummer, raadpleegt u het register van S&D (1939-2023)

Inzenden kopij

De redactie van S&D verwelkomt kopij. Artikelen kunnen worden gemaild naar send@wbs.nl. Artikelen aanleveren in Word, bronvermelding in eindnoten (apa). Richtlijn aantal woorden: 2000-2500. Idealiter vormen artikelen in S&D een mix van wetenschap, politiek en essay. De redactie van S&D beslist over plaatsing van binnengekomen kopij. Ze beoordeelt daarbij op basis van de volgende criteria:
- een heldere opbouw en schrijfstijl (geen jargon) en duidelijke vraagstelling
- een goede onderbouwing van standpunten met argumenten, weging van de tegenargumenten en bronvermelding
- vernieuwing van de gedachtevorming binnen de sociaal-democratie
- toegevoegde waarde t.o.v. bestaande inzichten/onderzoeken
- politieke relevantie

Redactie

Redactieadres: Wiardi Beckman Stichting
Theresiastraat 13
2593 AA Den Haag
send@wbs.nl

Uitgever: Uitgeverij Van Gennep
Nieuwpoortkade 2a
1055 RX Amsterdam
info@vangennep-boeken.nl

Documenten