Nederland verbubbelt. De kloven worden dieper. Waarom het ons steeds moeizamer lukt de medemens die wat minder op onszelf lijkt te ontmoeten, is een interessant vraagstuk dat de scope van deze column ver te buiten gaat.
Sommigen zien het gulzige kapitalisme als boosdoener. Anderen wijzen op een ontwrichtende werking van migratie. Een ander inzicht dat breed gedeeld wordt is dat de individualisering die volgde op de ontzuiling, gepaard met de komst van internet, smartphone en vooral ook sociale media, de gemeenschapszin weinig goeds heeft gebracht.
Er klinken allerlei voorstellen om de kloven te dichten en het populisme dat in dit tijdsgewricht welig tiert in te perken. Een logisch voorstel dat wonderlijk genoeg schittert in afwezigheid is het pleidooi voor de brede school. Een school waar leerlingen van verschillende onderwijstypen en verschillende achtergronden onder hetzelfde dak huizen. Waar de rijkdom van diversiteit en de kracht van de ontmoeting iedere dag ervaren worden. Een school zoals die waar ikzelf werk.
Samen naar school gaan is een stuwende werking, zo leert onderzoek en bewijst praktijk, voor meer ontmoeting en meer sociale cohesie. En hoe logisch dit ook is, Nederland krijgt niet meer maar steeds minder brede scholen. In de grote steden bestaan ze al nauwelijks meer. Hoe kan dit? Soort zoekt soort, het is een menselijke eigenschap op alle niveaus, in alle lagen. Diversiteit op scholen geldt - ook in de optiek van ouders - eerder als een risico dan als een kans. Al weten we dat kinderen, behalve van hun ouders en leraren, vooral leren van andere kinderen, met een andere culturele bagage of andere talenten.
Natuurlijk zou dit menselijk vooroordeel geen argument mogen zijn om als sector genoegen te nemen met de status quo. Maar hoezeer de mond vol is over de afname van de onderwijskwaliteit en toename van het lerarentekort, zo weinig wensen de politiek, het ministerie en de schoolbesturen onder ogen te zien dat de kortzichtige voorliefde voor categoraal onderwijs onze parallelle samenlevingen bekrachtigt. In de meest recente Kamerbrief van de minister over de herijking van sturing op het funderend onderwijs wordt opnieuw met geen woord gerept over de noodzaak voor bredere ontmoeting op school.
De politiek en de vakbonden zien het probleem niet of vinden het niet belangrijk genoeg, waardoor het ministerie er ook maar weinig kaas van eet. Schoolbesturen worden door het huidige sturingsmodel al decennialang aangemoedigd zich meer als ondernemer te gedragen dan als hoeder van het maatschappelijk belang. Zonder dat hier verandering in komt is het een illusie dat zij zich massaal gaan inzetten voor brede scholen. Het is bestuurlijk gezien te risicovol hier een voortrekkersrol in te nemen.
Ontmoeting is het antwoord op vervreemding. Uit de comfortabele bubbel stappen biedt verfrissende ademruimte, verrassende gelijkenissen en verbindende vergezichten. Dit super diverse land heeft niet minder, maar meer brede scholen nodig. Het is dan wel niet een onderwerp waar het electoraal makkelijk mee scoren is, het is wel urgent.