25 jaar geleden werd Suriname onafhankelijk. Dat was meer het streven van de sociaal-democraten in het koloniale moederland dan van de Surinamers zelf. De PvdA wilde niet opnieuw vervallen in de fouten die waren gemaakt bij de dekolonisatie van Indonesië, waartegen ze zich had verzet, maar kreeg het verwijt dat ze Suriname in de steek had gelaten. Het vaste voornemen van Den Uyl en Pronk het land samen met de Surinamers tot ontwikkeling te brengen strandde, de houding van de PvdA zwalkte steeds tussen ontvoogding en bemoeienis en de relatie bleef getekend door wederzijdse ergernis en frustratie.
In het Suriname-syndroom onderzoekt John Jansen van Galen, die zich al dertig jaar bezighoudt met Suriname en nog langer met de Nederlandse politiek, de verhouding tussen de PvdA en Suriname, vanaf de periode waarin sociaal-democratische gouverneurs de kolonie bestuurden tot heden, nu de partij geen idee lijkt te hebben over de gewenste toekomstige betrekkingen tussen de beide landen. Weet de PvdA zich geen raad met de koloniale erfenis van Nederland?
John Jansen van Galen is politicoloog en voormalig hoofdredacteur van het weekblad Haagse Post en is nu als journalist medewerker van Het Parool en NOS-radio. Hij schreef boeken over onder meer Drees, Den Uyl, W.F. de Gaay Forman, Nieuw-Guinea (Ons laatste oorlogje) en Suriname (Kapotte plantage, Hetenachtsdroom).
Het boek is een gezamenlijke uitgave van uitgeverij Bert Bakker en de Wiardi Beckman Stichting.
ISBN 90-351-2229-8 – 196 blz