Ons voedingssysteem in sociaal-democratisch perspectief
WBS-fellow Jacky Bax schrijft een blogserie over de uitdagingen van ons voedselsysteem, dat ons allemaal in leven houdt. In de eerste aflevering van haar blog interviewt Jacky Bax drie innovatieve ondernemers: Mathijs Koper van de World Startup Factory die bedrijven helpt 'duurzame ontwikkelingsdoelen' dichterbij te brengen, Sander Peltenburg, directeur van De Krekerij, en Rob Baan, eigenaar van Koppert Cress, een kwekerij voor cressen (net ontkiemde groenteplantjes) en ook PvdA-lid.

Door: Jacky Bax
Journalist, socioloog en beleidsadviseur

‘We kunnen niet terug naar normaal, want normaal was juist het probleem’. Een poster met die tekst verscheen tijdens de eerste lockdown in het voorjaar van 2020 opeens op een Amsterdamse straatvuilnisbak. Logisch dacht ik impulsief. Waarom moet iedereen en alles voortdurend de wereld rondvliegen en zo virussen meenemen en verspreiden?

Zelf had ik net geregeld dat een plaatselijke groenteboer die vóór de pandemie aan restaurants leverde nu bij mij thuis groente bracht. Waarom niet kiezen voor autarkie dacht ik, of in ieder geval een beetje? Dat wij de groente, fruit, zuivel en vlees die we produceren zelf opeten in plaats van het vooral te exporteren. Ik surfte over het internet op zoek naar leveranciers van lokaal geproduceerd voedsel en besloot dat de lockdown juist een periode van extra gezond en lekker eten kon zijn.

Langzamerhand werd duidelijk dat het overgrote deel van de mensen die op de IC lagen te zwaar of veel te zwaar was. In de VS, las ik in het nieuws, werden juist mensen in de kwetsbaarste financiële situatie medisch het hardst getroffen. Ook zij hadden meestal overgewicht en onderliggende aandoeningen. Goede voeding is dus van levensbelang.

Is voeding daarmee ook een politiek thema? En als het een politiek thema is, is het ook een sociaal-democratisch thema? Tijdens mijn virtuele zoektocht naar het antwoord leerde ik dat achter ‘voeding’ diverse clusters van onderwerpen schuilgaan: voeding-ziekte-medisch onderzoek; voeding-overgewicht-leefstijlprogramma’s-suikertaks; voeding-supermarkten-boeren; landbouw-intensieve veeteelt-klimaat; landbouw-boeren-Europese subsidies-wereldconcurrentie; voeding-eiwitten-planten-innovatie. Elk complex heeft een eigen wereld met agenda’s, onderzoekrapporten, ministeries, belangengroepen en politieke onderhandelingen.

Maar een kant-en-klare sociaal-democratische bril waarmee je als eenvoudige burger (lees: consument, boer, tuinder, arts, patiënt, ondernemer, baanzoeker) wordt geholpen bij je politieke voedingkeuzes vond ik niet. Zijn dan de herijkte sociaal-democratische waarden uit het Van Waarde-manifest, zoals goed werk, verheffing en binding, misschien als meetlat bruikbaar?

mansholt
Landbouwminister Sicco Mansholt inspecteert Friese Vaarzen op een boerderij in 1946.
(foto: B. Wisman / Natonaal Archief) 

Van Sicco Mansholt naar nu

Voor Sicco Mansholt, boer/ondernemer en PvdA-politicus (landbouwminister 1945-1958 en lid Europese Commissie), werkte dat in ieder geval wel zo. Net na de Tweede Wereldoorlog was bestaanszekerheid allereerst voedselzekerheid voor elke burger. Dat pakte hij aan. Tegelijk ondersteunde hij de economische bestaanszekerheid van de boer: gegarandeerde minimumprijzen voor belangrijke producten, overheidsondersteuning bij import en export, landbouwonderwijs en -onderzoek om de landbouw sterker te maken, mogelijkheden tot vakantie en zelfs culturele ontplooiing (verheffing) voor boerengezinnen.[1]

Politiek lastig werd het voor hem toen hij in 1968 bepleitte dat de helft van de tien miljoen Europese boeren het veld moest ruimen omdat de Nederlandse en Europese landbouw inmiddels ‘overproduceerden’.[2] Voedselzekerheid voor de mensen en bestaanszekerheid voor de boeren vielen niet meer vanzelf samen.

En nu? Nu protesteren boeren tegen het stikstofbeleid, verkopen de supermarkten steeds meer vegetarisch, geeft je basisverzekering recht op drie uur dieetadvies, is vegan hip en is er naast KFC ook HFC (Halal Fried Chicken), stuurt de minister van LNV aan op transitie naar kringlooplandbouw, doen arbeidsmigranten het handwerk in de land- en tuinbouw of is die verplaatst naar andere landen en eten we met zijn allen toch ook steeds meer vlees.

Directeur World Startup, Mathijs Koper: 'Ik zie dat we niet langer kunnen doorgaan op de ingeslagen weg. Sinds de Tweede Wereldoorlog hebben we ingezet op de optimalisatie van de voedselproductie ten koste van dieren en de natuur. Verandering is urgent, maar we blijven steken in kleine stapjes vooruit.'

Innovatieve voedselondernemers

Het roer gaat langzaam om. Maar welk roer, door wie, naar welk ‘nieuw normaal’ van omgang met ons voedsel? En hoe kun je die omslag als sociaal-democraat waarderen of misschien wel meesturen naar een nog beter nieuw normaal?

In deze blog onderzoek ik de rol van de energieke categorie ‘innovatieve voedselondernemer’. Wat is voedsel voor hen, welke ontwikkelingen zien zij en hoe kun je die ontwikkelingen met een sociaal-democratische bril bekijken?

Ik spreek daarover met Mathijs Koper, medeoprichter en directeur van de World Startup Factory en enkele andere bedrijven die mensen begeleiden bij het starten of uitbouwen van een impact driven bedrijf. Impact wil zeggen: de ‘duurzame ontwikkelingsdoelen’ van de VN dichterbij brengen.[3]

Opgeleid als ingenieur, daarna werkzaam als consultant, besloot Mathijs Koper een eigen adviesbedrijf op te zetten omdat hij de samenleving duurzamer wil maken. Hij begeleidt zowel startende als gevestigde ondernemers die hun business willen veranderen. Zijn focus ligt op de tuinbouwsector, een gebied waarin Nederland excelleert qua productie, export en innovatie.

Mathijs: ‘Met name de glastuinbouw is een positief voorbeeld van hoe je op een duurzame en zorgvuldige manier kunt omgaan met water en grondstoffen.’ De World Startup Factory is gecertificeerd als een ‘B Corp’, net als Triodos en Chocolonely.[4] B Corporations zijn bedrijven die de wereld willen verbeteren door hun economische activiteit en die dus niet alleen profijt willen maken voor aandeelhouders maar voor alle stakeholders.

Mathijs: ‘Ik zie dat we niet langer kunnen doorgaan op de ingeslagen weg. Sinds de Tweede Wereldoorlog hebben we ingezet op de optimalisatie van de voedselproductie ten koste van dieren en de natuur. Verandering is urgent, maar we blijven steken in kleine stapjes vooruit. Bij het doordenken van hoe de voedselproductie moet veranderen is het belangrijk te kijken naar de productieketen, de ketenlengte, de invloed van de productie op de natuur en de biodiversiteit. Een grote opgave, maar er zijn lichtende voorbeelden.

‘Acht jaar terug kwamen er ook in Nederland startups op het gebied van voedsel. Lastig is dat die vooral niche- en luxeproducten maken, die voor hippe en betaalkrachtige mensen interessant zijn, maar niet voor de grote massa.’

Matthijs Koper
Mathijs Koper, medeoprichter en directeur van World Startup.

Krekelbroodjes en hybride paddenstoelenburgers

Hij noemt een reeks jonge bedrijven die alle zijn gestart vanuit de wens het voedselaanbod, de situatie van de natuur en de gezondheid van mensen te verbeteren. Zoals De Krekerij, die voedselproducten maakt met insecten als grondstof.[5] Bijvoorbeeld de Little Hoppers, mini-saucijzenbroodjes gemaakt van krekelvlees, die Lidl tijdens zijn ‘Future Goods Week’ in juni 2020 in de schappen legde. Die werden vooral goed verkocht in Lidl’s in de Randstad en in Wageningen, vertelt Sander Peltenburg, directeur van De Krekerij. Het publiek moet er klaar voor zijn. Zo was een marktverkenning op de Zwarte Cross 2019 met een foodtruck met krekelproducten en ook een kweekbak met levende sprinkhanen een hit bij de agrarische bezoekers.

Zulke bedrijven kunnen snel groeien, vertelt Mathijs, maar zelfs een enorme groei is een druppel op de gloeiende plaat van de totale voedselproductie. Interessant is het voorbeeld van Gro-together, een bedrijf dat paddenstoelen kweekt op de koffieresten van anderen.[6] De eigenaar, Jan Willem Bosman Jansen, bedacht om hybride paddenstoelenburgers te maken, dus half vlees, half paddenstoelen. Die liggen nu gewoon bij de Jumbo. Als zo’n product wordt omarmd, eten opeens heel veel burgereters een half-vegetarische burger. Dat heeft misschien wel meer impact dan het aantal mensen dat pure paddenstoelenburgers eet. En dan: ‘De vleesvervangers kennen nu een enorme groei. Toch eten we met zijn allen weer meer vlees. Ik ben een rasoptimist, maar mijn zorg is vooral of het wel snel genoeg gaat.’

GRO Mushrooms bv
Een paddenstoelenburger van GRO Mushrooms bv.

Investeren in verduurzaming

Voor bestaande bedrijven hangt het erg van de uitgangspositie en context af of de ondernemer kan kiezen voor een duurzamer productiewijze. Dan moet je als boer bijvoorbeeld niet in de schulden zitten omdat je juist had geïnvesteerd in het businessmodel van opschaling van je intensieve landbouwbedrijf. Zo’n transitie kan voor een individuele boer/ondernemer en zijn personeel dus heel riskant of zelfs onmogelijk zijn. Mathijs: ‘Wil je dat het hele voedselsysteem een draai maakt dan is op veel verschillende vlakken een transitie nodig en moeten veel partijen aan de bak, ook de overheid. Nederland kan dat ook niet alleen. We zijn partner in het Europese landbouwbeleid en draaien mee in de wereldeconomie. Regelgeving kan onze producten ook buiten de buitenlandse markt prijzen of zorgen voor import van kwalitatief slechtere producten. Een level playing field is essentieel. Het is wel een opgave hoe je dat als overheid goed balanceert.’

Dan zoomt Mathijs in op de tuinbouwsector. Nederland is internationaal gezien koploper in de tuinbouw. Dat is het resultaat van vergaande specialisatie, schaalvergroting en efficiëntie door het gebruik van nieuwe kennis en technieken. Mathijs ziet een grote toekomst voor verticale landbouw (vertical farming), waarbij groente en fruit in boven elkaar geplaatste teeltlagen in kassen worden verbouwd en waarbij licht, voedingsstoffen en andere aspecten van de teelt continu worden gemonitord en bijgesteld. Mathijs: ‘Als je daarop zou overschakelen, heb je veel minder oppervlakte nodig, kun je preciezer en met minder of geen bestrijdingsmiddelen verbouwen en kun je de arbeid veel sterker mechaniseren. Nu wordt veel seizoensarbeid gedaan door Europese arbeidsmigranten en dat brengt problemen met zich mee, zoals de huisvesting en de rol van uitzendbureaus. Met mechanisering vermijd je die problemen. Dat kost natuurlijk investeringen van kwekers, maar doen ze die ook?  Misschien is het gegeven dat de Nederlandse tuinbouw zo goed scoort en verdient wel een nadeel, want waarin zit dan de prikkel om je bedrijf te veranderen?’

Verantwoord produceren

‘De Nederlandse tuinbouw zou ook sterker worden als telers meer producten naast elkaar zouden verbouwen. Nu kiezen producenten vaak voor schaalvergroting op één product. Dat maakt kwetsbaar. Als je ‘verantwoord produceren’ als uitgangspunt zou nemen in plaats van efficiëntie, dan heb je andere partners nodig en kom je tot een ander verdienmodel. Dat geldt ook voor boeren. Je komt dan tot een andere menukaart voor wat je op een boerderij doet.

‘Ook zijn andere kennis en competenties nodig. Je ziet dat het opleidingsniveau voor banen in de tuinbouw en de landbouw stijgt. De toepassing van de ICT neemt bijvoorbeeld een grote vlucht en biedt veel mogelijkheden om duurzamer te produceren. Ik begeleid nu twee TUD-afgestudeerden, beiden consultants met een AI-opleiding, die hun kennis willen gaan inzetten voor bedrijven die aan een betere wereld willen werken.‘

Naast ‘verantwoord produceren’ is er ook de kwestie van de prijsstelling. De productie van groente en fruit is bijvoorbeeld deels verplaatst naar het buitenland waardoor het goedkoper wordt. Zo worden frambozenplantjes hier gekweekt om ze vervolgens naar Spanje te vervoeren om er frambozen aan te laten groeien, die weer naar Nederland worden gevlogen. Mathijs: ‘Dat is natuurlijk innovatief, maar geeft een rare footprint (belasting van het milieu door CO2-uitstoot). Als je die footprint zou doorberekenen in de prijs, wordt die hoger, wat we ‘true pricing’ noemen. Maar is de consument bereid dat te betalen?’

Een andere vorm van innovatief ‘verantwoord produceren’ in de veehouderij kan zijn om het dier simpelweg te schrappen bij het maken van ‘dierlijke’ voedselproducten, vertelt Mathijs. Dat probeert bijvoorbeeld Jaap Korteweg. Hij startte De Vegetarische Slager. Nu hij dat bedrijf aan Unilever heeft verkocht, wil hij iets nieuws ondernemen: dierlijke melk produceren zonder koeien, melk uit gras. Net zoals bij kweekvlees komt er geen dier meer aan te pas.[7]

Uiteindelijk moet elke voedselondernemer ook zijn of haar eigen bestaanszekerheid kunnen borgen. Stewardship of in gewoon Nederlands rentmeesterschap kan daarbij helpen denkt Mathijs. Dat veronderstelt dat een bedrijf niet puur kiest voor winstmaximalisatie maar een maatschappelijk doel, bijvoorbeeld bijdragen aan de duurzaamheid, combineert met financiële gezondheid. Prof. André Nijhof, die stewardship doceert aan Nyenrode Business Universiteit, heeft geanalyseerd dat zulke innovatieve ondernemers juist sterk zijn, omdat zij hun visie combineren met innovatieve daadkracht. ‘De koplopers in de vernieuwing van voedselproductie combineren visie en leiderschap,’ zegt Mathijs. Een van die koplopers is Rob Baan.

Eigenaar Kopper Cress Rob Baan: ‘Mijn strategie is eerst vraag naar de producten te ontlokken bij de culinaire top. Als zij het gebruiken, raken andere koks en hun klanten erin geïnteresseerd. Je hoopt dat zo stapsgewijs de producten uiteindelijk in de gewone supermarkt terecht komen'

Eerst de culinaire top, dan de supermarkt

Rob Baan is PvdA-lid en eigenaar/CEO van Koppert Cress, een bedrijf in het Westland, circa 300 mensen groot, dat cressen kweekt voor topkoks. Cressen zijn net ontkiemde groenteplantjes van een paar dagen oud. [8] Rob is vorig jaar uitgeroepen tot ‘Agrarisch Ondernemer 2020.[9] Zijn visie is in een notendop ‘goede voeding produceren voor een goede gezondheid’. Cressen zijn gezond, want ze bevatten een geconcentreerde hoeveelheid voedingsstoffen (vitamines, mineralen, anti-oxidanten) en vezels.[10]

Rob heeft gekozen voor topkoks als afzetmarkt. Lastig nu in de COVID-19-pandemie, want in de eerste lockdown viel meteen vrijwel zijn hele afzetmarkt weg en dat is tijdens de tweede lockdown opnieuw gebeurd. Dankzij de NOW-regeling (tijdelijke Nootmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid) van de overheid blijft het bedrijf overeind, zij het met grote verliezen. Zijn inschatting is dat volledig herstel zeker anderhalf jaar zal duren.

Het voordeel van topkoks is dat ze altijd op zoek zijn naar nieuwe en spannende ingrediënten en smaken. De website van Koppert Cress geeft daarom meteen een overzicht van het cress-aanbod en per plantje hoe het smaakt (zoet, zout, zuur, bitter, umami), welke voedingsstoffen erin zitten, waar het vandaan komt, en hoe het te gebruiken is in gerechten.[11]

Ze zijn alleen verkrijgbaar via de groothandel, dus wat heeft de gemiddelde Nederlander er aan? Rob: ‘Mijn strategie is eerst vraag naar de producten te ontlokken bij de culinaire top. Als zij het gebruiken, raken andere koks en hun klanten erin geïnteresseerd. Je hoopt dat zo stapsgewijs de producten uiteindelijk in de gewone supermarkt terecht komen en mensen ze gaan kopen en adopteren.’

rob baan
Rob Baan, eigenaar van Coppert Cress.

Plantaardige voeding en mechanische vleermuizen

Rob Baan is ook actief in het opstarten van en meedoen aan een grote reeks activiteiten en organisaties die plantaardige voeding als essentieel element van een goede gezondheid uitdragen. Zoals Dutch Cuisine, een samenwerkingsverband van een groot aantal restaurants die de Nederlandse keuken hoog houden en als principe hanteren: gezond koken = 80% groenten en 20% vis/vlees (het Voedingscentrum mikt op 50% plantaardige en 50% dierlijke voeding op de korte termijn en 60/40 in 2030).[12] En zoals de stichting Voeding Leeft, een sociale onderneming zonder winstoogmerk, die met artsen, onderzoekers en diëtisten leefstijlprogramma’s ontwikkelt waarmee mensen anders kunnen leren eten en zo bijvoorbeeld hun diabetes-2-ziekte kunnen verminderen.[13]

Zijn eigen bedrijf heeft Rob op allerlei manieren duurzaam gemaakt, bijvoorbeeld door een systeem van warmte- en koudeopslag voor zijn kassen en een enorme koelcel te laten aanleggen. Dat paste perfect in de plannen van de overheid om van het gas af te gaan. Helaas, vertelt Rob, is het beleid veranderd en moet hij nu belasting op groene stroom betalen, zodat hij wegens de kosten weer is teruggeschakeld naar aardgas.

Hij verzamelt voortdurende innovatieve mensen en partijen om zich heen om nieuwe mogelijkheden mee uit te proberen. Zoals de startup Pats Drones, die hun mechanische ‘vleermuizen’ testen in de kassen van Koppert Cress. De drones sporen ongedierte op en vernietigen ze, waardoor het gebruik van bestrijdingsmiddelen wordt teruggedrongen.[14]

Koken voor basisscholen

Wat ziet Rob Baan als PvdA’er als het belangrijkste vraagstuk van de voedselproductie? Rob: ‘Dat de minst bedeelde mensen in onze samenleving door slechte voeding het meest te lijden hebben.’ Zijn droom is dat voeding een vanzelfsprekend element wordt in het onderwijs. Nu de COVID-19-pandemie heerst vraagt hij politieke steun om een voedselprogramma voor scholen in achterstandswijken te ontwikkelen als een grootscheepse vorm van preventie. ‘Waarom niet nu in de pandemie alvast starten met een proef en cateraars die in de NOW-regeling zitten, tuinders, en vrijwilligers samen laten koken voor basisscholen? De echte kosten van zo’n programma zitten in arbeidsloon. Die lonen betaalt de overheid nu in feite al met de NOW. Laten we het gewoon proberen.’

Noten

  1. parlement.com. Dr. S.L. (Sicco) Mansholt.
  2. bron: Huygens ING, Johan Merriënboer, 2013,
  3. Ministerie van Buitenlandse Zaken. (2017, 27 februari). Sustainable Development Goals: Werelddoelen voor duurzame ontwikkeling. Rijksoverheid.nl.
  4. Certified B Corporation. Via bcorporation.net.
  5. De Krekerij. Via Krekerij.nl.
  6. Gro-togheter. Via Gro-together.com.
  7. Dinther, M. (2021, 8 januari). Melk en kaas maken van gras, zonder koeien: de voormalige Vegetarische Slager probeert het. De Volkskrant.
  8. Koppert Cress. Via Koppertcress.com
  9. Food agrisbusiness. (2020). Koppert Cress: “25ste Agrarisch ondernemer van het jaar”. Foodagribusiness.nl
  10. Het Voedingscentrum. Via: Voedingscentrum.nl.
  11. Koppert Cress. Via: Koppertcress.com.
  12. Dutch cuisine. Via: Dutch-cuisine.nl.
  13. Voeding leeft. Via: voedingleeft.nl.
  14. Pats Drones. Via: pats-drones.com. 

Dossiers

Voor een thematisch overzicht van al onze artikelen en publicaties, zie onze dossiers